Topsporters voelen zich vaak mentaal slechter dan fysiek. De rode duivel, Vincent Kompany, heeft vaak te maken met blessures, maar hij staat altijd terug positief op het veld. Veel sporters hebben het vaak moeilijk, en daar zijn oplossingen voor.
Topsporters zijn mensen zoals wij: mensen met gevoelens, angsten, vragen en onzekerheden die dag in en dag uit wakker liggen om na te denken over wat ze fout hebben gedaan. Sporters denken vaak negatief na hun match die ze die dag gespeeld hebben. Het maakt niet uit of het een groepssport is of een individuele sport, hij/zij denkt altijd na over wat hij/zij beter kon doen.
Als de sporter wint of verliest, denkt hij/zij nog altijd dat hij/zij iets slecht heeft gedaan. Om de topsporters te helpen zijn er mental coaches en sportpsychologen. Zij zorgen ervoor dat de sporters kunnen praten over hun gevoelens. De sporters krijgen dan tips over hoe dat ze het beter kunnen doen, ze moeten positief denken in plaats van altijd maar negatief te denken.
Geen problemen, enkel oplossingen
Als mensen over de hele wereld denken aan gezondheid, denken ze automatisch aan problemen. De sporters hebben geen problemen, maar gewoontes. Door deze gewoontes kunnen ze bepaalde gedachten niet doorbreken. De sporters weten dat er veel in zich zit, maar ze weten niet hoe ze het er uit kunnen halen.
Als de sporters naar een mental coach gaan, dan is dat niet om te vragen hoe ze moeten trainen of hoe ze beter kunnen sporten. De mental coach helpt hen om zich beter in hun vel te voelen en om positiever te denken. Tennissers stellen vaak de vraag: “Waarom speelt de tegenspeler altijd de bal binnen en ik niet?”, lopers stellen dan ook vaak de vraag zoals: “Waarom loopt de andere sneller en ik trager?”. Deze vragen moeten anders gesteld worden, zoals: “Hoe kan ik de bal meer binnen spelen en ervoor zorgen dat de tegenspeler de bal buiten speelt?” en “Hoe kan ik ervoor zorgen dat ik sneller loop?”.
Elke persoon denkt wel eens negatief, niet alleen bij het sporten. In het werkleven kan je de vraag stellen zoals: “Hoe komt het dat de anderen hun werk sneller af hebben en ik niet?”. Deze vraag kan positiever gesteld worden zoals: “Hoe kan ik mijn werk op tijd afmaken?”. De conclusie is dat we altijd de negatieve vraag beginnen met ‘waarom’. Om positieve vragen aan jezelf te stellen moet je met ‘hoe’ beginnen, zo zoek je op een rustige manier naar een oplossing voor jezelf zonder dat je jezelf onzeker maakt.
Lieve Bullens is een mental coach uit Heusden-Zolder met 25 jaar ervaring. Als sportmeester van Marieke Vervoort, de paralympische kampioen en wereldrecordhouder, zorgt ze ervoor dat mensen die langskomen terug met een goed gevoel buiten stappen. “Mensen vergeten vaak de mentale gezondheid bij het sporten, sporten doe je voor 80 % mentaal en dat vergeten ze altijd.” Lieve Bullens vindt dat de wereld moet beseffen dat sporten niet alleen fysiek is, maar ook mentaal.
“Sporten doe je voor 80 % mentaal en dat vergeten ze altijd.”
De sporters die het meeste bij haar komen zijn tennissers, voetballers en wielrenners. Lieve Bullens is niet alleen mental coach voor topsporters, maar ook voor mensen die met iets zitten en de behoefte hebben om te praten.
“Topsporters die we dagelijks op de televisie zien komen bij me langs met heel veel onzekerheden en dan probeer ik om hen zo goed mogelijk te helpen.” Lieve Bullens is een welgekende coach bij sporters, ze probeert met individuele sessies en groepssessies ze zo goed mogelijk te helpen.
“Winnen doe je ook mentaal, leven doen we mentaal, we doen alles eigenlijk mentaal.”
Lieve Bullens bracht onlangs een eigen boek uit. In het boek schrijft ze alle tips en tricks die er bestaan om mentaal gezond door het leven te kunnen gaan. “Het is een echte hulp voor mensen die even niet meer weten wat ze moeten doen in het leven”, vertelt Lieve.
De methode van een mental coach
De CABU-code is een code die Lieve Bullens gebruikt bij de sessies met topsporters. De code kan helpen om positiever te denken en om beter om te gaan met jezelf en de sport. CABU staat voor controle, actie, balans en uniek zijn.
In controle zijn kan je pas leren als je leert om alles los te laten en als je durft te verliezen.
Je bent verantwoordelijk voor de acties die je onderneemt. Die acties kunnen zaken zijn zoals trainen naast de sport en mentale training. “Sporters maken zich druk omdat ze vinden dat ze niet goed genoeg zijn om in de topsport te spelen.” De fans van de topsporters verwachten ook iets van hen en dat geeft vaak stress.
Bij balans moet je rust kennen, een goed gevoel hebben. “Je moet je handen in elkaar slaan met jezelf om te zorgen dat je kan winnen. Je mag niet gefrustreerd raken tijdens een match, je mag geen vragen beginnen te stellen over de vaardigheden van de andere speler.”
Uniek zijn is eenvoudig, je moet de vraag aan jezelf stellen: ‘Waar ben ik goed in?’.
“Je moet je handen in elkaar slaan met jezelf om te zorgen dat je kan winnen.”
Om goed te kunnen sporten moet je jouw sterke punten gebruiken en je niet focussen op de sterke punten van de tegenspeler. Naar een mental coach gaan betekent dat je stoom kan afblazen, je kan relativeren en ventileren. “Sporten is gezond, inderdaad, maar het moet fysiek én mentaal gezond blijven.”